Dit Pinksterweekend was ik in Limburg, in Horn (vlakbij Roermond), bij het kasteel. Zaterdag een verjaardagviering/vriendinnenwandeling. Wat een fijne sfeer!, ik was erg onder de indruk. Op zondag een open-inschrijf-wandeling met 9 deelnemers. Ook deze groep, met mensen die elkaar nog niet kenden, was ontzettend gezellig en leergierig.
Zelf deed ik nog een paar ontdekkingen van natuurschatten aldaar, waaronder die van de Pimpernoot (zie ook de foto). Met deze struik met ‘noot’ ben ik in de vroege ochtend gelijk maar in gesprek gegaan.
Ik: Goedemorgen, Pimpernoot. Wat een bijzondere zakjes hangen er aan jouw boom! Ze lijken wel op kleine lampionnetjes. Kun je ons iets meer vertellen daarover?
Pimpernoot: Goedemorgen, Will. Dank je wel voor het compliment. Die zakjes zijn eigenlijk mijn zaaddozen. Als je ze goed bekijkt, zie je dat dat er telkens 1 tot 3 kleine nootjes in zitten. Mensen vinden ze vaak heel apart en decoratief.
Ik: Wat leuk om te horen. Je hebt meerdere namen heb ik vernomen, zowel in België als in Brabant. Vertel ons daar ’s wat over?
Pimpernoot: Klopt, ik ben best een veelzijdige boom. In België noemen ze mij Paternosterboompje, omdat mijn nootjes vroeger als knoopjes gebruikt werden. Vandaar ook de naam ‘paternoskebollekkes’. In Brabant noemden ze me ‘klootzakkenboom’: een beetje een gekke naam, maar dat komt door mijn zakjes die een beetje aan balletjes doen denken.
Will: Interessant. Wat is de betekenis van jouw naam, zowel in het Nederlands als in het Latijn?
Pimpernoot: In het Nederlands komt pimpernoot van het Oudnederlandse woord ‘pimpel’, wat blauw betekent, en ‘noot’, verwijzend naar mijn vruchten. Mijn Latijnse naam, Staphylea pinnata, betekent zoveel als ‘druiventros-achtige bladeren’, vanwege mijn trosvormige bloemen en bladeren. Die blauwe kleur verwijst naar de kleur van mijn bladeren in het najaar, die soms een blauwachtige gloed kunnen krijgen.
Will: Dat is een mooie uitleg. Hoeveel soorten van jou zijn er eigenlijk?
Pimpernoot: Er zijn ongeveer twaalf soorten pimpernootbomen. Ik ben de Europese pimpernoot, maar er zijn ook Aziatische en Amerikaanse varianten.
Will: En zijn jouw nootjes eetbaar?
Pimpernoot: Jazeker, mijn nootjes zijn eetbaar! Ze hebben een zoete, nootachtige smaak. Vroeger werden ze soms gegeten, maar tegenwoordig vinden mensen ze vooral decoratief.
Will: Wat zit er in jouw nootjes? Welke inhoudsstoffen hebben ze?
Pimpernoot: Mijn nootjes bevatten oliën en vetten, net zoals andere noten. Ze hebben ook wat proteïnen en zijn best voedzaam.
Will: Je nootjes werden dus als knoopjes gebruikt, daarom die naam ‘paternoskebollekkes’. Kun je daar wat meer over vertellen?
Pimpernoot: Ja, in België maakten ze vroeger rozenkransen en knopen van mijn nootjes. Ze waren stevig en mooi glad, perfect voor dat soort ambachtelijk werk. De naam paternoster verwijst naar het Latijnse Onze Vader, de gebedsregel.
Will: Dat is echt fascinerend. Wat is jouw rol in de biodiversiteit?
Pimpernoot: Ik draag bij aan de biodiversiteit door schuilplaatsen en voedsel te bieden aan verschillende insecten en vogels. Mijn bloemen trekken bijen aan en mijn zaaddozen worden door vogels gegeten. Zo help ik het ecosysteem in balans te houden.
Will: Dat is mooi om te horen. Heb je nog een boodschap aan de mensheid?
Pimpernoot: Zeker! Mijn boodschap aan de mensheid is om de natuur te waarderen en te beschermen. Alles in de natuur heeft een rol en draagt bij aan een groter geheel. Door goed voor de natuur te zorgen, zorgen we ook goed voor onszelf.
Will: Wat een prachtige boodschap, Pimpernoot. Dank je wel voor dit boeiende interview en voor je wijze woorden!
Pimpernoot: Graag gedaan, Will. Het was een plezier om met je te praten. Vergeet niet om af en toe te genieten van de kleine wonderen in de natuur, zoals mijn mooie zakjes!
Na dit gesprek hebben wij de nootjes gelijk verwekt in een salade. Ze zijn zowel rauw als gebakken lekker eetbaar. Ook heb ik wat blaadjes geproefd. Ze zijn, denk ik, jong nog lekkerder en zouden dan prima in een salade kunnen.
In de herfst komen we overigens terug in Horn, dan voor een paddenstoelenwandeling.